Wordt het dok het dieptepunt van de Zuidas?
1 april 2006
Met de komst van een halte bij het WTC van de hoge snelheidslijn bij de A10-zuid zien het Rijk en de gemeente Amsterdam grote mogelijkheden voor de bouw van kantoren en woningen tussen RAI en VU. Het uitgangspunt van de gemeente is het “dokmodel” waarbij het trein- en wegverkeer anderhalve kilometer ondergronds wordt aangelegd. Met zo’n dok zou men ruimte winnen voor extra woningen en kantoren, nodig voor de financiering van het dok. Andere varianten voor de aanleg van de Zuidas worden niet serieus genomen door de gemeente. Hoewel de keuze voor het dok zeer ingrijpende gevolgen zal hebben voor de omliggende woonbuurten, lijkt de keuze hiervoor tot een dogma verheven.
Omdat het dok duurder uitvalt dan men dacht wil men nog hoger bouwen dan men voorheen bouwde, met nog minder tussenruimte tussen de gebouwen. Het resultaat zal zijn dat er veel wind staat tussen de hoge flatgebouwen en dat er een nog grotere schaduwwerking zal zijn. Het ontstaan van een onoplosbare verkeerschaos is niet denkbeeldig. De kwaliteit van de openbare ruimte op de begane grond verslechtert daardoor. Om de opbrengst van het dok nog verder te verhogen worden er minder of geen sociale woningen en meer “duurdere” woningen gebouwd. Bovendien belemmert de hoge grondprijs van de Zuidas een aantrekkelijk winkelaanbod.
Om het enorme bedrag voor uitbreiding van de Zuidas en voor de bouw van het dok te verlagen zal er flink in de kosten gesneden moeten worden. Dit treft de noodzakelijke uitgaven voor verbetering van het openbaar vervoer. Onduidelijk is of de Noord/Zuidlijn ooit doorgetrokken zal worden. Ook de aansluiting van de Amstelveenlijn is onzeker. Ook de plaats, de grootte en de kwaliteit van het nieuwe busstation blijven onduidelijk. Het is maar de vraag of OV-reizigers straks comfortabel zullen kunnen overstappen op Zuid-WTC. Op deze manier blijft er van de Zuidas als uitstekende OV-locatie weinig over.
De afwenteling van de te verwachten negatieve neveneffecten op de omliggende woonbuurten, zoals bijv. de verkeerschaos en de wettelijk verplichte waterberging, maakt duidelijk dat een deel van de ambities van de Visie Zuidas 2004 betaald zal worden uit de beurs van de omwonenden.
Met de toenemende bebouwing stijgt de geluidshinder van het autoverkeer, zeker nu men zich moet houden aan de zeer ruime provinciale parkeernormen voor woningen. Door steeds meer verkeersbewegingen daalt de kwaliteit van de lucht. Astma patiƫnten kunnen bijvoorbeeld in de Zuidas niet gaan wonen. De kwaliteit van de openbare ruimte voor voetgangers, fietsers en OV staat onder druk. Verder is in het gebied waar auto en treinverkeer onder de grond aangelegd zal worden ondergronds parkeren beperkt mogelijk, zodat veel van de parkeerruimte op de begane grond moet worden gezocht. Doordat er nog steeds geen verkeersplan is ontbreekt het zicht op de omvang van deze overlast.
Ook ontbreekt een overzicht van de negatieve gevolgen van de bouw van het dok. Gedurende vele jaren zal de Zuidas een grote bouwput zijn.